Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Tweede hoofdstuk: Groei (± 1400 - ± 1460)

Pagina 54

… het uitreiken van represaillebrieven tegen Danzig het antwoord op dit vertoog. 1

Kort daarop toonde Danzig zijn goede gezindheid aan Hoorn, door een Hoornschen poorter Clais Heerties uit de gevangenschap te ontslaan, niettegenstaande zijn medeplichtigheid aan het uitrukken der palen in de Balga, maar het weigerde dien schipper vaartuig en goed terug te geven. Het heette alle Hoornsche burgers welkom. behalve hen, die Danzig benadeeld hadden. 2 In het jaar 1458 gaf Danzig te kennen, dat de watersteden in Holland, uitgenomen Amsterdam, veilig naar Danzig konden zeilen.

In 1459 waarschuwde het nogmaals geen producten van Amsterdam te vervoeren, noch Amsterdamsche schepen te gebruiken 3 en in 1460 volgde nogmaals een waarschuwing aan Hoorn de Balga en de Memel te vermijden. 4 Al leed de Hoornsche handel ongetwijfeld wel eenige schade door de belemmeringen aan het verkeer met andere Pruisische havens in den weg gelegd, de goede betrekkingen met Duitschland bleven bestaan. De stad zag in 1460 tegenover Danzig af van alle aanspraken op schadevergoeding ten behoeve van schipper Willem Johannson, wiens vaartuig door uitleggers van Danzig genomen en daarheen opgebracht was, maar met uitzondering van 21 last asch, te Riga behoorend, aan den schipper teruggegeven, 5 Toch moet Danzig, Hoorn er op wijzen, dat aan schipper Henric Poppe, burger van Danzig, een deel van zijn lading, ter waarde van 300 Rijnsche guldens ontnomen is, omdat de uitleggers van Danzig, Hillebrand Lammerszoon van Hoorn, een schip ter waarde van 1500 Rijnsche guldens ontnomen hebben. Maar in Hoorn dient men toch te weten, zoo vervolgt het schrijven, dat de uitleggers alleen de schepen opbrengen naar Danzig en de vaartuigen daar aan den rechtmatigen eigenaar worden teruggegeven. 6

Ondanks alle geruststellende verklaringen van Danzig blijven de Hoornsche schippers wantrouwen voeden tegen de uitleggers; zij vragen in 1462 op weg naar Lijfland, of ze Danzig zonder …

1 Poelman, Bronnen II, No. 2166.
2 Poelman, Bronnen II, No. 2173.
3 Poelman, Bronnen II, No. 2203. Inv. G. A.: regest., No. 630; H. U. B. VIII. No. 764.
4 Poelman, Bronnen II, No. 2212; Inv. G. A.: regest., No. 641.
5 Poelman, Bronnen II, No. 2130; Van Marle, p. 22. „Hoorn renonce à toute vendication au sujet des biens pris par les corsaires de Danzig, elle ne réclame qu'un vaisseau chargé de cendres”.
6 Poelman, Bronnen II, No. 2243; H. U. B. VIII. No. 988.