Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Tweede hoofdstuk: Groei (± 1400 - ± 1460)

Pagina 52

… klinkaarts wegens breuken tegen het dijkbestuur begaan. 1

Om den dijkovergang voor schuiten te vergemakkelijken bestond er bij Blokker een overlaat, die door de dorpen Blokker en Blokdijk 2 onderhouden moest worden. Daar zij dit schandelijk verzuimden, gelastte de hertog in 1469 de dorpen hun plicht te doen. 2

Het in goeden staat houden van den Westfrieschen zeedijk was voor Noord-Holland van groot belang. Vandaar dan ook, dat de steden verlangden er toezicht op te houden. In 1478 werd aan die begeerte voldaan, want van de zeven hoogheemraden mocht Haarlem er twee, mochten Amsterdam, Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen en Medemblik er elk één kiezen. 3

Vervolgen wij thans den geregelden gang van de historie, dan merken we allereerst op, dat de onrust, waarvan op blz. 37 sprake was, nog niet volkomen was onderdrukt, dat integendeel de spanning, die tusschen magistraat en burgerij bestond, verergerde. 4

Moedwil en geweld bleven niet uit. Zij, die 't het grofst gemaakt hadden, vreesden voor een gerechte wraakoefening van de zijde der overheid en namen daarom hun toevlucht tot het kerkhof, dat in dezen tijd nog als een asyl beschouwd werd. 's Nachts verlieten ze dan hun wijkplaats, liepen met gespannen voetbogen door de stad en pleegden geweld tegenover hun tegenstanders. Toen dit den hertog ter oore kwam, beval hij in 1459 de regeering in een heftig schrijven de boosdoeners streng te straffen. Daarom machtigde hij den schout de rustverstoorders op het kerkhof en andere gewijde plaatsen te arresteeren. 5

In hetzelfde schrijven maakte hij nog gewag van de valsche praktijken, die sommigen bij 't dobbelen en spelen toepasten en …

1 Inv. G. A.: regest, No. 414, 368, 369. Als zetel van den dijkgraaf werden na 1506 bij toerbeurt aangewezen Enkhuizen en Hoorn.
2 Inv. G. A.: regest, No. 770; Van Marle, p. 106 geeft Blokzijl.
3 Handv. van Haarlem, p. 141.
4 Rond het jaar 1460 vermeldt het Resolutieboek telkens verbanningen.
5 Met goedkeuring van den Utrechtschen bisschop, die Philips reeds eerder zijn toestemming had verleend (Handvest. 1459); Aanvulling op den Inventaris: No. 2496-140b, 705a. In 1460 of iets eerder werd zelfs de schout van Hoorn, Floris Jansz van Cranenborch vermoord, wat blijkt uit een stuk in het Archief, waarin Philips zijn onderdanen verbiedt aan de gebroeders Elling, Jacob, Jan en Thijs Symonsz, bij verstek voor eeuwig verbannen wegens moord op den schout, hulp te verleenen. Tevens gelast hij den deurwaarder hun goederen in beslag te nemen en verklaart hij de moordenaars vogelvrij. (Aanvulling, No. 641a; 2496, 140c).