Geboren: 1 november 1939 te Akersloot als Johannes Maria Baltus. Roepnaam Jan, in zijn studententijd
veranderde hij zijn voornaam in Bas.
Overleden: 28 april 1994 te Hoorn.
Studie: Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam.
Woonachtig in Hoorn vanaf 1976. Adres: Grote Oost 98/100, hoek Hanekamsteeg.
Beroep en functies:
- Leraar Nederlands aan de scholengemeenschap St. Werenfridus in Hoorn 1971-1994.
- Lid Vereniging Oud Hoorn 1976-1994.
- Voorzitter Vereniging Oud Hoorn vanaf 30 juni 1978 tot zijn overlijden in 1994.
- Lid gemeentelijke monumentencommissie in Hoorn namens de Vereniging Oud Hoorn vanaf de oprichting op
1 april 1979 tot 1994, tot 1989 voorzitter van deze commissie. Vanaf 1989 gold de regel dat de voorzitter
een wethouder of gemeentefunctionaris moest zijn. Huidige naam is Commissie voor Monumenten en Welstand.
- Lid werkgroep straatnaamgeving (tegenwoordig Adviescommissie naamgeving openbare ruimte) van de
gemeente Hoorn vanaf 17 maart 1982, voorzitter van deze werkgroep vanaf 7 februari 1990 tot 1994.
- Lid van het in 1982 opgerichte Louis Paul Boon Genootschap.
- Lid vrijmetselaarsloge De Eenhoorn in Hoorn, 12 februari 1990 (inwijding) tot 1994.
- Bestuurslid Stichting Het Pakhuis, vanaf de oprichting in 1990 tot 1994.
- Bestuurslid Stichting De Hoornse Schouw, vanaf de oprichting op 2 juni 1993 tot 1994.
- Erelid van Vereniging Oud Hoorn, benoeming op 27 november 1993.
Bas Baltus kwam in 1976 in Hoorn wonen en in hetzelfde jaar werd hij actief lid van de Vereniging
Oud Hoorn. Hij hielp met het opstellen van een lijst van panden die geen rijksmonumenten waren, maar
het waard waren voor altijd behouden te blijven. Twee jaar later werd hij voorzitter van de vereniging.
Onder zijn bezielende leiding bloeide deze als nooit tevoren. Tal van nieuwe initiatieven werden ontplooid
en al bestaande plannen verwezenlijkt. Oud Hoorn trad meer naar buiten en protesteerde, wanneer historisch
waardevolle plannen onder de slopershamer dreigden te komen. En dat waren er in die jaren heel wat. Te
denken valt aan de Grote Kerk, het Hopgebouw (de voormalige huishoudschool) aan het Kerkplein en Hermary's
Volksbazaar aan het Grote Noord. Enkele andere panden, zoals het koetshuis aan de Gedempte Appelhaven
en apotheek De Grote Gaper aan het Kleine Noord, zouden met beleid gesloopt worden om ze vervolgens in
het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen te kunnen herplaatsen. Het bestuur van de vereniging schreef brieven
aan de gemeente Hoorn en diende bezwaarschriften in om te trachten sloop tegen te houden. Om meer invloed
te kunnen uitoefenen streefde de vereniging ernaar, een stem te krijgen in commissies. Bas Baltus
vertegenwoordigde Oud Hoorn bijvoorbeeld in de in 1979 opgerichte gemeentelijke monumentencommissie,
waarvan de eerste taak was het opstellen van een gemeentelijke monumentenlijst. Huidige naam is Commissie
voor Monumenten en Welstand.
Ook als het historisch karakter van de binnenstad geweld dreigde te worden aangedaan door grootschalige
nieuwbouw of de historische kustlijn dreigde te worden aangetast, trad de vereniging in het geweer. Zo
diende ze bezwaarschriften tot aan de Raad van State in tegen het plan, buitendijks een recreatie-eiland
aan te leggen bij de Hulk, protesteerde ze tegen het plan van een projectontwikkelaar om op de plaats
van het Witte Badhuis aan de Westerdijk een hotel te bouwen en tegen het plan van een aantal ondernemers
om een gedeelte van het Hoornse Hop te dempen ten behoeve van een parkeerplaats. Bas verhief zijn stem
als het aanzien van het historisch stedenschoon op welke manier dan ook geschaad werd. Hij waarschuwde
tegen verloedering van de binnenstad door vervuiling, de ‘verrolluiking’ van het winkelgebied,
de ‘volendammisering’ van Veermanskade en Oude Doelenkade, en de overbodige palen en borden,
die het havengebied ontsierden.
Plannen voor de uitgave van een kwartaalblad bestonden al voor 1978. In het eerste jaar van zijn
voorzitterschap kwam het eerste blad uit. Bas had hierin twee vaste rubrieken. In de ene,
‘Stadsbeeld – restauraties – wijzigingen – verval’, wees hij op panden
die stonden te verkrotten, en prees hij geslaagde restauraties. In de andere rubriek ‘Kent u Hoorn
ook zo?’ toonde hij door hem gemaakte foto's van details van gebouwen of onverwachte doorkijkjes.
Aan de lezer de taak uit te zoeken waar de foto genomen was. Op deze wijze leerde hij de lezers de stad
met andere ogen te bekijken.
Hetzelfde doel hadden de bouwkunstcursus, die hij vanaf 1978 gaf, en de stadswandelingen, waarvan hij
één van de gidsen was.
Een andere doelstelling van Oud Hoorn, het levend houden van de geschiedenis van de stad, leidde tot
het uitgeven van publicaties over de geschiedenis en de monumenten van Hoorn, vaak in samenwerking met
de gemeente Hoorn en Stichting Stadsherstel. Als eerbetoon aan Bas draagt de publicatiestichting die
op 18 juni 1996 in het leven is geroepen en waarin Oud Hoorn, de Gemeente en Stichting Stadsherstel
formeel samenwerken, zijn naam.
In 1990 kreeg de vereniging een eigen onderkomen in het linker VOC-Pakhuis, Onder de Boompjes nr. 21.
De gemeente Hoorn verhuurde het voor een symbolisch bedrag. De bedoeling was, daar samen met stichting
De Achterstraat (kunstenaars) en HIAAT (amateurtoneel) een multifunctioneel trefpunt te creëren.
Namens Oud Hoorn maakte Bas deel uit van het bestuur van de Stichting Het Pakhuis, die het beheer van
het pand op zich nam.
Al deze activiteiten resulteerden in een enorme toename van het aantal leden van Oud Hoorn. Waren het
er op 31 december 1978 nog maar 295, eind 1993 was het aantal toegenomen tot 1754. Hoorn was daarmee
de grootste vereniging van de stad geworden.
Tijdens de ledenvergadering van 27 november 1993 werd Bas Baltus – hij was toen al ernstig ziek
– vanwege zijn verdiensten voor de Vereniging Oud Hoorn tot erelid benoemd.