Voornamen: Hendrik Willem.
Geboren: 12 januari 1932 in Arnhem.
Overleden: 23 oktober 2009 in Hoorn.
Getrouwd: 3 januari 1959 in Arnhem met Ineke Tienstra. Drie kinderen.
Opleidingen en studies met examenjaar:
- HBS A, 1949.
- Laborantenschool, 1951.
- Kweekschool, 1956.
- Hoofdakte, 1958.
- L.O. Duits, 1959.
- Opleiding medewerker aan wetenschappelijke bibliotheken, 1966.
- M.O. geschiedenis, 1973.
- Geschiedenis aan de UVA, doctoraal (cum laude) 1983.
Adressen in Hoorn:
- Het Oude Ambacht 41, 1971-1980.
- Italiaanse Zeedijk 24-26, 1980-2009.
Beroepen:
- Chemisch analist in Dordrecht, 1951-1952.
- Medewerker aan Rijks Psychiatrische Inrichting in Eindhoven (vervangende dienstplicht), 1952-1954.
- Onderwijzer in Sliedrecht, 1956-1959.
- Leraar aan de mavo. in Wildervank, 1959-1964.
- Bibliothecaris aan de universiteitsbibliotheek te Leiden, 1964-1971.
- Wetenschappelijk assistent (vanaf 1982 wetenschappelijk medewerker genoemd) van het Westfries Museum
in Hoorn, 1971-1984, in 1982 en 1983 tevens waarnemend directeur.
- Conservator van het Westfries Museum in Hoorn, 1984-1992.
Functies:
- Bestuurslid van de Vereniging Oud Hoorn, 1977-1988.
- Redacteur van het kwartaalblad van de Vereniging Oud Hoorn, 1979-2006.
Onderscheiding:
Zilveren legpenning van de Gemeente Hoorn, 10 december 1995.
Henk Saaltink werd in 1932 geboren in Arnhem en groeide daar op. Dat betekende dat hij in september
1944 rechtstreeks met oorlogsgeweld te maken kreeg bij de gevechten tussen Duitsers en geallieerden
tijdens operatie ‘Market Garden’. Het gezin Saaltink woonde aan de kant van Oosterbeek,
waar de gevechten het hevigst waren, en moest vluchten nog voordat alle burgers van de stad geëvacueerd
werden. In Neede / Eibergen in de Achterhoek, waar de Saaltinks oorspronkelijk vandaan kwamen, vonden
ze onderdak. In juni 1945 keerden ze naar Arnhem terug. Na het behalen van zijn hbs-diploma in 1949
aldaar, maakte hij een opmerkelijke keuze voor een hbs-a'er: hij volgde een opleiding tot chemisch
analist. In Dordrecht vond hij een baan. Slechts korte tijd heeft hij dit beroep uitgeoefend. Het werk
beviel hem niet en bovendien moest hij als dienstweigeraar vervangende dienstplicht doen in een psychiatrisch
ziekenhuis in Eindhoven. Een reeks opleidingen en werkkringen in diverse plaatsen van het land volgde.
Hij was achtereenvolgens onderwijzer in Sliedrecht, leraar aan de mavo in Wildervank en bibliotheekmedewerker
aan de universiteitsbibliotheek in Leiden. Uiteindelijk vond hij zijn stek, toen hij in 1971 als
wetenschappelijk assistent aan het Westfries Museum in Hoorn werd aangesteld. Tal van tentoonstellingen
over uiteenlopende historische onderwerpen heeft hij alleen of samen met anderen georganiseerd. Wat de
museumcollectie betreft specialiseerde hij zich in glas en zilver. Hij was nauw betrokken bij de
intermuseale samenwerking, o.a. via de Nederlandse Museum Vereniging.
Henk zag kans door studie 's avonds en in de weekenden zijn m.o.-studie geschiedenis af te ronden.
Vanaf 1979 kreeg hij van zijn werkgever verlof om een dag per week colleges aan de UVA te volgen, waar
hij in 1983 cum laude voor zijn doctoraal geschiedenis slaagde. In 1984 werd hij tot conservator van
het museum benoemd. Hoe zeer het werk in het museum hem beviel, bewijst het feit dat hij er, nadat hij
in 1992 met vervroegd pensioen gegaan was, als vrijwilliger tot aan zijn 65e verjaardag werkzaam is
gebleven.
In 1977 maakte Henk op verzoek van het bestuur van Oud-Hoorn samen met Leo Hoogeveen, die als medewerker van het gemeentearchief ook veel over de stadsgeschiedenis wist, een eerste opzet voor stadsrondleidingen. Henk werkte de plannen verder uit. Begin juni van dat jaar werd hij tot bestuurslid van de vereniging gekozen en op 17 juni ging de eerste zomeravondrondleiding van start. De formule sloeg aan en is nog steeds succesvol. De wandelingen leverden een flink aantal nieuwe leden op. Om deze in de gelegenheid te stellen zich actief met de geschiedenis van Hoorn bezig te houden werden begin 1978 een werkgroep archiefonderzoek en een werkgroep archeologie opgericht. Henk was de oprichter van de tweede groep. Het mes sneed aan twee kanten, want in die jaren was de zorg voor de archeologie een deeltaak van het Westfries Museum, dat daartoe een parttime archeologe in dienst had. Er was behoefte aan vrijwilligers die haar bij opgravingen konden assisteren. De archeologe begeleidde de groep, die vanaf 1981 als tak van de AWN (Archeologische Werkgemeenschap Nederland) is verdergegaan. Van 1985 tot 1990 leidde Henk de archiefwerkgroep ‘Hoorn 1806’. Aan de hand van verpondings- en patentregisters werd getracht een beeld te schetsen van de economische toestand van Hoorn aan het begin van de 19e eeuw.
In 1978 redigeerde Henk de bijdrage van Oud-Hoorn aan het jaarboekje dat Oud-Hoorn, Oud-Andijk en
Oud-Medemblik gezamenlijk uitgaven. Toen de Vereniging Oud-Hoorn in 1979 een eigen kwartaalblad oprichtte,
was Henk redacteur van het eerste uur. Zevenentwintig jaar maakte hij deel uit van de redactie. Voor
bijna ieder blad schreef hij een of meer artikelen. Het lag voor de hand dat hij als historicus de bespreking
van nieuw verschenen historische werken op zich nam. Ook de tentoonstellingen die hij in het museum
samenstelde, leverden hem stof voor artikelen op. Behalve in het kwartaalblad, publiceerde hij die
bijvoorbeeld in het jaarboek van het Westfries Genootschap of het regionaal-historisch tijdschrift Holland.
Van 1979 tot 1982 schreef hij artikelen in het Weekblad van West-Friesland met de titel ’Hoorn
door de eeuwen heen’, waarin allerlei aspecten van de Hoornse geschiedenis aan bod kwamen. Vanaf
1986 had hij in het kwartaalblad van Oud-Hoorn een eigen rubriek: ‘Men vraagt ons’. Lezers
konden foto's insturen waarop personen uit Hoorn stonden van wie de naam onbekend was. Henk publiceerde
die, andere lezers konden daarop reageren en Henk schreef een toelichting.
Na het behalen van het doctoraalexamen geschiedenis in 1983 vond Henk tijd om samen met Piet Boon de
geschiedenis van de vier ziekenhuizen in Hoorn te boek te stellen. Henk nam het particuliere ziekenhuis
‘De Villa’ en het Streekziekenhuis voor zijn rekening. Het werk verscheen in 1986. Zes jaar
later verzorgde Henk de uitgave van een anonieme kroniek over de jaren 1630 tot 1790. Hij voorzag de
tekst van woordverklaringen en een toelichting in vele voetnoten. Het belangrijkste deel van de kroniek
vormt het gedetailleerde ooggetuigenverslag van de anonieme schrijver over de strijd tussen patriotten
en prinsgezinden in Hoorn in de jaren 1780 tot 1790. Het werk vormde een belangrijke bron voor het
proefschrift over de Hoornse patriotten waaraan Henk werkte.
Wat maar weinigen van Henk weten, is dat hij esperantist was. Doordat hij altijd zijn esperantospeldje droeg, was hij herkenbaar voor andere esperantisten. Dit leverde hem contacten op over de hele wereld tot in Japan toe. In de jaren 70 en 80 wisselde hij schriftelijk van gedachten in deze kunsttaal met mensen uit het toen nog streng communistische Oostblok.
In 2006 werd Henk ziek. Hij moest het redacteurschap van het kwartaalblad neerleggen. Helaas kon hij
het proefschrift waaraan hij al jaren lang werkte, niet meer voltooien. In 2009 stierf hij
op zevenenzeventigjarige leeftijd in Hoorn.
Als er iemand is die in zijn beroep en zijn vrijwilligerswerk een grote bijdrage heeft geleverd aan het
verwezenlijken van een van de doelstellingen van Oud-Hoorn, het levend houden van de geschiedenis van
de stad, dan is het wel Henk Saaltink. In 1995 kreeg hij bij de opening van zijn afscheidstentoonstelling
‘Zilver, zilver en nog eens zilver’ de zilveren legpenning van de gemeente Hoorn vanwege
zijn verdiensten op historisch gebied, wat hem volkomen verraste. Hij zou zeker tot erelid van de Vereniging
Oud Hoorn zijn benoemd, ware het niet dat hij herhaaldelijk duidelijk had laten blijken, tegen onderscheidingen
te zijn.
Enige tentoonstellingen, die Henk Saaltink in het Westfries Museum georganiseerd heeft, alleen
of met anderen
- over de Vaderlandsche Maatschappij en de behangselfabriek in Hoon, 1973 en 1985.
- over de Westfriese Munt, 1974.
- over de Hoornse schutterij, 1978.
- ‘Joden in Hoorn’, 1979.
- ‘Sterctebouw’, over de Oosterpoorten in Hoorn, 1980, in de gerestaureerde Oosterpoort.
- ‘Verborgen vroomheid’, over de katholieke schuilkerken in Hoorn, 1982.
- ‘Honderd jaar sporen naar Hoorn’, over de treinverbindingen van en naar Hoorn, 1984.
- ‘De boedel van een Hoornse bakker’, 1990-1991.
- ‘Werken over de grens’, over Duitse arbeiders en handelaren in de Nederlanden, in samenwerking
met het Drents museum in Assen, het Niedersächsisches Freilichtmuseum Cloppenburg en het Emsland
Museum in Lingen, 1993-1994.
- ‘Op reis met schipper Bontekoe’, over het leven aan boord van schepen naar Indië, 1994.
- ‘Zilver, zilver en nog eens zilver’, over kerkzilver, 1995-1996.
Grote publicaties van Henk Saaltink
- Saaltink, H.W., 1981, Hoorn in kaart. Vier eeuwen Hoornse stadsplattegronden, Stichting De
Hoofdtoren, Hoorn.
- Boon, Piet en Saaltink, Henk, 1986, Van Stad tot Streek. De geschiedenis van vier Westfriese
ziekenhuizen, Uitg. Algemeen Streekziekenhuis ‘West-Friesland’ in samenwerking met
Korpershoek Boekwijzer BV te Andijk.
- Saaltink, Drs. H.W. (annot. en inleiding), 1992, Vervolg op de Chronyk der Stad Hoorn van de heer
Dr. T. Velius, Vereniging Oud Hoorn, Hoornse Historische Reeks nr. 1.
Bronnen
- Heijting, Dr. W., e.a., 1990, De boedel van een Hoornse bakker, Stichting Vrienden van het
Westfries Museum, afl. 1.
- Hoogeveen, Leo, 2009, In Memoriam Henk Saaltink, Kwartaalblad Oud
Hoorn, jg. 31, nr. 4, pp. 172-173.
- Jaarboekje Oud-Andijk, Oud-Hoorn, Oud-Medemblik, jg. 2, 1978.
- Jaarverslagen Westfries Museum, 1971-1989.
- Kroniek van West-Friesland 1995, Westfrieslands
Oud en Nieuw, 1996, jg. 63, p.168.
- Saaltink-Tienstra, Ineke, mondelinge informatie.
- Schram-van Gulik, Liesje, e.a., 1993, Werken over der grens, Stichting Vrienden van het Westfries
Museum, afl. 12.
- Smit, Susan, 1995, Rooms in West-Friesland, Stichting Vrienden van het Westfries Museum, afl 19.
Illustratie
Foto eigendom van I. Saaltink-Tienstra.
Tekst samengesteld door Trudi Schrickx-Guinée, afgesloten op 23 juli 2015.