Westerblokker 44 te Westerblokker
Kerk met nieuwe spits.
Deze kerk betreft één der drie kerkgebouwen die Westerblokker telt. Zij zijn ooit gewijd aan de aartsengel Michaël en zijn dan ook naar hem vernoemd. Zij zijn resp. het P.K.N.-kerkgebouw (v/h N.H.-kerk) aan de Westerblokker hoek Kolenbergstraat als oudste, het voor de eredienst niet meer in gebruikzijnde R.K. kerkgebouw Westerblokker 44 en het na-oorlogse R.K. kerkgebouw in de Plantage 29 van architect J.G. Groot. Het naoorlogse kerkgebouw Westerblokker 44 is als bedehuis in 1972 buiten gebruik gesteld, waarna er zich een tapijthandel en vloerbedekkingsbedrijf in vestigde.
Kerk en pastorie vóór restauratie.
In zijn tijd was architect Th.Molkenboer (1796-1863), geboren in Rijnsaterswoude, een bekende en
veelgevraagde architect. Vooral uit rooms-katholieke kringen ontving hij vele opdrachten. Zo kon hij
bogen op de uitvoering van meer dan 70 ontwerpen voor een r.k.-kerkgebouw. Voorbeelden zijn de ontwerpen
voor de Duif, de Rededemptoristenkerk, beide te Amsterdam, de Onze Lieve Vrouwe Onbevlekte Ontvangenis
te Leiden, de St. Franciscuskerk te Bolsward, maar ook dichter in de buurt, zoals de St. Martinuskerk
in Westwoud, de Maria Visitatie in Oosterblokker en de Johannes de Doper te Hoogwoud.
Zijn werk werd vooral gekenmerkt door de toepassing van, vaak wel wat denigrerend genoemd, “de
stucadoorsgotiek”, als aanvangsperiode van de neogotiek. Dat wil zeggen het afdekken van constructies
met gips- of pleisterwerk en het vervaardigen van schijnconstructievormen en -ornamenten met dat materiaal,
vaak op een bodem of bed van riet of latten, zoals plafonds, wanden op regelwerk, enz.
Rond 1850 kreeg de voorgaande kerk wegens steeds verdergaande bouwvalligheid de wel denigrerende
bijnaam “de akelige schuur”. Mede doordat in deze tijd uitgezien werd naar een nieuwe pastoor
en het parochiebestuur een nieuwe pastoor niet een parochie wilde aanbieden met een sterk vervallen
kerkgebouw, dat bovendien een onaangename bijnaam droeg, is besloten tot de bouw van het huidige kerkgebouw.
Aldus werd op 14 september 1852 bij kastelein Jan Karsten in de herberg Het Gouden Hoofd de aanbesteding
gehouden ten overstaan van notaris Lippits te Hoorn. Het werk werd aangenomen door de aannemer M. van
Berkum te Utrecht voor ƒ 23.800,- naar ontwerp van architect Th. Molkenboer.
De bouwplaats werd bepaald “juist vóór de plaats van de akelige schuur”. Op
18 september 1852 werd “de eerste steen der fundamenten” gelegd door een aantal vooraanstaande
rooms-katholieken en gemeenteambtenaren. Op 7 maart 1853 werd de eerste steen of hoeksteen gelegd en
de voorlopige inzegening werd verricht op 19 december 1853. Tenslotte vond de wijding plaats op 2
augustus 1855.
Spoedig na de buitengebruikstelling in 1972 is de gehele inrichting uit het gebouw verwijderd en de
ruimte ontmanteld. Het orgel met zijn neo-rococo kas is herplaatst in de rooms katholieke kerk in
Nistelrode. Enige andere inrichtingsonderdelen zoals de preekstoel, het hoofdaltaar, de kruisweg en
een aantal beelden werden opgenomen in de St. Bartholomeuskerk te Ubbergen. Het is nauwelijks voor te
stellen dat de vroegere van rijk voorziene kerkruimte (schepen) van aankleding en ornamentiek in de
trant van het “voorbije rijke roomse leven”, nu een koele en lugubere beleving oplevert.
Slechts het beschadigde bijaltaarstuk, een wandschildering en een marmeren tekstplaat zeggen ons nog
iets over de functie van het gebouw. Kort nadien is tevens de torenspits verwijderd
Op 20 september 1973 tijdens een “mudvol” café “Het Gouden Hoofd” in
Westerblokker is bij “opbod en afslag” na het roepen van “mijn” door Simon
Doodeman de kerk en belendende pastorie in zijn eigendom overgegaan voor ƒ 27.000,- ten
overstaan van notaris mr. B.E.A.M. Schreurs te Hoorn. Spoedig daarna vestigde hij er een tapijthandel
en vloerbedekkingsbedrijf in.